REPAREREN | INTERVIEWS

ESTHER KEIJSER
CIRCULAIR AMBACHTSCENTRUM BUCH

We moeten heel hard aan de bak met maakonderwijs

Esther Keijser is beleidsmaker circulaire economie bij de BUCH, het samenwerkingsverband van de gemeenten Bergen, Uitgeest, Castricum en Heiloo. Ze is ook projectleider van het Circulair Ambachtscentrum dat hier wordt opgezet. Onderwijs in maken en repareren is volgens Esther essentieel om de circulaire banen van de toekomst te kunnen bemannen met het juiste personeel.

Auteur: Martine Postma

‘De circulaire economie kan niet draaien als het onderwijs leerlingen daar niet op voorbereidt. Dus als we in 2030 voor 50 procent circulair willen zijn – zoals Nederland wil – dan moeten we nú heel hard aan de bak in het onderwijs.

‘Ons project voor een Circulair Ambachtscentrum bestaat uit twee delen: aan de ene kant werken we aan de milieustraat van de toekomst, waar het niet meer gaat om weggooien en laagwaardig recyclen, maar om het inzamelen van spullen voor hoogwaardig hergebruik, reparatie en upcycling. Aan de andere kant stimuleren we initiatieven om die ingezamelde spullen voor al deze doelen af te nemen. We zijn dus op zoek naar nieuwe markten voor tweedehands goederen.

Eindeloos veel makers nodig

‘Als doorsnijdend thema dat deze twee delen verbindt, werken we – samen met basisscholen – aan een module voor circulair maakonderwijs. Ten eerste omdat we in de circulaire economie straks eindeloos veel makers nodig gaan hebben. Ten tweede omdat we kinderen willen leren waarom je zuinig moet zijn met grondstoffen en spullen niet zomaar moet weggooien als je er klaar mee bent.

‘Voor de gemiddelde Nederlander is de milieu-impact van spullen groter dan die van vlees eten, reizen, je huis verwarmen. Als je iets wil doen voor het milieu, is het dus heel zinvol om bij spullen te beginnen: minder kopen, beter nadenken wat je koopt en waar die spullen vandaan komen, meer repareren en hergebruiken.

De milieu-impact van spullen is groter dan die van vlees eten of reizen. Minder kopen en meer repareren is dus zinvol.

‘We willen dit maakonderwijs structureel gaan geven aan leerlingen uit groep 5 en 6 van de basisscholen in de gemeenten Bergen, Heiloo en Uitgeest. Het moet een wekelijks vak worden, niet een eenmalig uitje of dagje. De bedoeling is dat leerlingen aan de slag gaan met vier product- en materiaalstromen van de milieustraat: hout, textiel, metaal en elektrische apparaten. Voor elk van die stromen gaan ze eerst kijken naar het afvalprobleem: waarom is er eigenlijk zo’n grote textielberg, wat gebeurt er met al dat afgedankte hout? Daarna gaan ze kijken wat je kunt doen om deze producten en materialen een nieuw leven te geven. Ten slotte gaan ze fantaseren hoe de betreffende keten er in de ideale wereld uit zou zien, zonder afval. Gaan we dan bijvoorbeeld de wol gebruiken van schapen die hier de berm afgrazen om kleren van te maken en doen we dat lokaal, zodat niet een kind in Bangladesh jouw shirtje hoeft te maken? Zo willen we bewustzijn creëren en kinderen laten zien waar het in de circulaire economie om gaat. We willen ze leren dat ze niet alleen consument zijn, maar ook maker kunnen zijn.

a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z 1 2 3 4 5 6 7

Goed voor je persoonlijke ontwikkeling

‘Maken is de afgelopen decennia bijna helemaal uit het onderwijs verdwenen. Kinderen leren tegenwoordig op school bijna uitsluitend cognitief, met hun hoofd. Dat is een enorm gemis. Niet alleen voor kinderen die niet zo goed zijn in leren uit boeken, maar voor iedereen. Voor je persoonlijke ontwikkeling is het gewoon ontzettend goed om ook met je handen te kunnen werken, of je daar nu je beroep van wilt maken of niet. Je krijgt meer eigenaarschap over een product als je hebt geleerd om het zelf te maken en te repareren. Dat verandert je houding en geeft je een enorme voorsprong in de richting van een duurzaam, circulair leefpatroon.

‘Wij gaan maakonderwijs geven op basisscholen. Maar het is nodig dat kinderen daarna hiermee doorgaan. Daarom ben ik enthousiast over een vmbo-keuzevak Repareren.’

‘Daarom ben ik heel enthousiast over een keuzevak Repareren in het vmbo. Onze maakonderwijsmodule is bedoeld voor basisscholen. Maar om de circulaire economie echt van de grond te krijgen, is het nodig dat kinderen in het voortgezet onderwijs hiermee door kunnen gaan. En niet alleen op het vmbo. Deze vaardigheden moeten een plaats krijgen op alle niveaus van het onderwijs: van de ambachten in het mbo, via het ontwikkelen van businessmodellen in het hbo, tot het maken van analyses op de universiteiten. Voor deze transitie hebben we de hele onderwijsketen nodig.

Klaslokaal met werkbanken en gereedschap

‘Voor maakonderwijs is natuurlijk veel praktijkruimte nodig. Ook daar zijn we binnen ons project mee bezig. We kijken naar mobiele werkplaatsen en gaan de mogelijkheid van een wijkleercentrum onderzoeken. Dat moet een klaslokaal worden met werkbanken en allerlei gereedschap. Onze basisschoolleerlingen moeten daar straks naartoe kunnen voor het maakonderwijs, maar ook het onderwijs voor het vmbo-keuzevak zou daar kunnen plaatsvinden, net als het vervolgtraject in het mbo. Ook buurtbewoners moeten in het wijkleercentrum terechtkunnen om dingen te repareren of een workshop te volgen. Vrijwilligers van de Repair Cafés zouden daarbij kunnen assisteren.

‘Over die laatsten gesproken: ik denk dat die de komende jaren zullen gaan fungeren als een soort katalysator. Door de kennis van deze vrijwilligers in te zetten bij het opleiden van nieuwe reparateurs en makers, kunnen we de transitie naar een maak- en repareersamenleving versnellen. Dat is hard nodig, want 2030 is al over minder dan negen jaar…’

ESTHER KEIJSER:

‘De milieu-impact van spullen is groter dan die van vlees eten of reizen. Minder kopen en meer repareren is dus zinvol.’